De halfjaarlijkse inkomsten van De Beers benadrukten de vele uitdagingen waarmee de diamanthandel en de ruwmarkt te maken hebben. Maar naast de scherpe dalingen waar het mijnbouwbedrijf onder leed, waren CEO Bruce Cleaver en chief financial officer Nimesh Patel volhardend in hun berichtgeving: Ook dit zal voorbijgaan.

De executives erkenden dat de uitdagingen eerder van binnenuit de handel kwamen dan een ineenstorting van de consumentenvraag, ook al erkenden ze de heersende macro-economische onzekerheid. Zij stelden vast dat er sprake was van overmatige geslepen voorraden en een tekort aan liquiditeit in de midstream.

De Beers wees ook op de meer conservatieve benadering van het voorraadbeheer door de detailhandelaars. Juweliers houden minder goederen in de winkel en nemen meer goederen in consignatie. Ze kopen minder van diamantfabrikanten, die op hun beurt minder ruw hoeven van de mijnbouwers.

Deze ontwikkelingen zijn niet nieuw; ze hebben zich ontwikkeld sinds de financiële crisis van 2008. De impact ervan is nu voelbaar door de te grote hoeveelheid ruw die in 2017 en 2018 op de markt is gebracht. De middenstroom staat onder druk van zowel de mijnbouw- als de detailhandel, maar vooral van de mijnbouwsector.

Meer flexibiliteit in ruwmarkt

De wereldwijde ruwproductie steeg in 2017 met 19%, of ongeveer 24,5 miljoen karaat, volgens Kimberley Process gegevens. Dat was het jaar waarin drie nieuwe mijnen in gebruik werden genomen: Gahcho Kué, eigendom van De Beers en Mountain Province; de Renardmijn van Stornoway; en de Liqhobong-operatie van Firestone.

Hun timing was ongelukkig gezien de zwakke markt – met name voor Stornoway, Firestone en Mountain Province, die elk slechts één diamantproducerend actief hebben. De Beers van zijn kant koos de laatste twee jaar voor kortetermijnwinsten door zoveel mogelijk diamanten te verkopen – met minimale aanpassingen van de ruwprijzen – in een tijd waarin de voorraden in de midstream stegen en de prijzen van geslepen diamanten afnamen.

Nu, probeert De Beers zich te positioneren als een marktverlosser door middel van Cleaver en Patel’s messaging en de “flexibiliteit” die het bedrijf in juli toonde, toen het zichthouders toestond om grote delen van hun aankopen uit te stellen tot later.

Maar die flexibiliteit is gewoon noodzakelijk om de schade onder controle te houden door het recente buitensporige aanbodbeleid. Het is ook de moeite waard op te merken dat de mijnbouwer ruwe prijzen stabiel hield op het zicht van Juli, dat bij enkel $250 miljoen waardeerde nadat de zichthouders ,de aanbieding van De Beers voor grotere opschortingen ‘goedkeurden’, of beter gezegd kopers de goederen weigerden.

De geschiedenis herhaalt zich

We hebben dit patroon al eerder gezien, inclusief de verzekering van De Beers dat de verkoop van ruw zal terugkeren naarmate de voorraden in het midstream-segment dalen en de vraag rond de eindejaarsperiode verbetert. Het is waar, de markt is cyclisch. Maar deze kortetermijnverwachtingen lossen het rentabiliteitsprobleem op de middellange termijn van de midstream niet op.

De sector, geleid door De Beers, heeft in het verleden de overdaad in de midstream aangepakt door gaten te dichten, wetende dat er binnenkort meer zullen verschijnen. Denk eens aan deze quote uit de winstcijfers van De Beers voor 2015, de laatste keer dat de ruwverkopen zo laag waren:

De zwakker dan verwachte consumentenvraag in 2015 heeft ertoe geleid dat retailers hun vraag naar geslepen diamant van de midstream fabrikanten hebben verminderd. De opbouw van geslepen voorraden in het middensegment zette de prijzen van geslepen diamant onder druk en verminderde de bereidheid van het middensegment om extra ruwe diamanten aan te kopen. Dit werd nog verergerd door een strengere financieringsomgeving“.

Klinkt dat bekend? Het is de moeite waard om in herinnering te roepen wat tot die moeilijke marktomgeving heeft geleid.

De opbouw van de geslepen voorraad kwam toen de fabrikanten – anticiperend op de verdere groei in China – grote hoeveelheden goederen naar het Gemological Institute of America (GIA) stuurden om ze in 2014 te classificeren. De GIA was op dat moment niet goed uitgerust voor die volumes en grote hoeveelheden diamanten bleven vastzitten in de laboratoria van het GIA. Die goederen werden uiteindelijk in de eerste helft van 2015 op de markt gebracht, terwijl de Chinese economische groei vertraagde en de anticorruptiecampagne van de overheid luxe aankopen aan banden legde. De Amerikaanse dollar is ook sterker geworden ten opzichte van de wereldwijde valuta’s, waardoor de diamanthandel verder onder druk kwam te staan.

De Beers gaf zichthouders vervolgens de “flexibiliteit” om goederen uit te stellen van de laatste zichten van het jaar en hun overtollige geslepen voorraden uit te putten. De omzet van De Beers daalde in november 2015 tot een ongekende 70 miljoen dollar, terwijl het bedrijf de prijzen stabiel hield.

En toen begon de cyclus opnieuw.

Ruwmarkt laten aansturen door de vraag

In de drie en een half jaar sindsdien heeft de branche te maken gehad met een opleving van de ruwproductie, nog meer voorzichtigheid bij de banken, opvallende fraude door leden van de handel, Indische demonetisering, een handelsoorlog die de groei van de Chinese economie heeft vertraagd, en een versterking van de dollar. Ondertussen zijn de geslepen prijzen blijven dalen en de winstmarges van de bedrijfstak zijn verstrakt.

Om de cyclus te doorbreken, moeten de ruwprijzen dalen, en het aanbod van de grote mijnbouwers – De Beers en Alrosa – moet minder rigide zijn op de lange termijn.

De handel moet ophouden vanuit de aanbodzijde – cq de leaders in de ruwmarkt – gecontroleerd te worden. Het moet af van zijn afhankelijkheid van het contractsysteem, waarin de zichthouders van De Beers en de leden van Alrosa Alliance een premie betalen voor de belofte van een consistent aanbod, maar ook verplicht zijn om goederen te kopen tegen onhoudbare prijzen.

Te lang is dat systeem onrendabel gebleken. Het is tijd voor de ruwsector om zich meer te richten op veilingen of aanbestedingen, waarbij de markt de prijzen bepaalt en fabrikanten kunnen kopen wat zij nodig hebben. Om de winstgevende toekomst van de diamanthandel (en De Beers) op lange termijn veilig te stellen, moet de vraag de drijvende kracht achter de ruwmarkt zijn.