De discussie over conflictdiamanten is geëvolueerd. Gefrustreerd door het falen van het Kimberleyproces (KP) om de bredere ethische uitdagingen van vandaag aan te pakken, heeft de handel verschillende programma’s ontwikkeld om dit te compenseren. Groepen zoals de Responsible Jewellery Council (RJC) en particuliere instanties hebben systemen opgezet om kopers te verzekeren dat hun diamanten volledig kunnen worden verantwoord, geen schade hebben aangericht en in feite lokale gemeenschappen hebben vooruitgeholpen.

De functie van de KP mag niet volledig worden veronachtzaamd, ook al is haar mandaat beperkt tot de definitie van conflictdiamant van 2003: een diamant waarmee een rebellenbeweging wordt gefinancierd die in een burgeroorlog verwikkeld is.

Dergelijke voorvallen zijn nog steeds een punt van zorg. Vorige maand nog drong de Werelddiamantraad (WDC) – die de industrie vertegenwoordigt in de KP – aan op zorgvuldigheid bij de behandeling van ruwe diamant uit de Centraal-Afrikaanse Republiek (CAR), naar aanleiding van berichten dat de hoofdstad Bangui onder vuur was komen te liggen van rebellenstrijders.

Hoewel volgens de officiële definitie minder dan 1% van de wereldproductie als conflictdiamant wordt geclassificeerd, kan de sector niet op zijn lauweren rusten. De Kimberleyproces coalitie van maatschappelijke organisaties is in februari een campagne gestart waarin wordt beweerd dat tienduizenden mensen uit diamantmijn gemeenschappen nog steeds met conflicten te maken hebben. De coalitie heeft een acht minuten durende video uitgebracht, getiteld “We Need to Talk About Diamonds“, waarin de verhalen worden verteld van drie mensen die het slachtoffer zijn geworden van afschuwelijke mishandelingen op mijnlocaties. Op 16 maart organiseert de coalitie een webinar om de discussie voort te zetten.

Het KP houdt geen rekening met schendingen van de mensenrechten, kinderarbeid of slechte arbeidsomstandigheden, en ziet de acties van malafide regeringen en bedrijven over het hoofd. De definitie van conflictdiamanten moet worden verruimd om deze elementen op te nemen.

Intussen bestaat de vrees dat de initiatieven van de industrie om de herkomst van diamanten te verifiëren een hiërarchie creëren: bedrijven die de middelen hebben om hun diamanten te traceren, worden beloond en de vele kleine bedrijven en kwetsbare leden van de handel die niet over dergelijke middelen beschikken, worden in de kou gelaten.

We moeten hun benarde situatie beter begrijpen om positieve veranderingen teweeg te brengen. We moeten die diamanten – en ondernemingen – identificeren die onze met moeite verbeterde reputatie nog kunnen bezoedelen.